Met de Romeinse adel kunnen de patriciƫrs van de Romeinse republiek en het Romeinse keizerrijk worden aangeduid al was er toen nog geen adelstatuut in moderne zin. In de feodale periode ontstond in Rome een adel die verleend werd door de Rooms-Duitse keizers en de pausen. In het laatste geval spreekt men ook wel van de pauselijke adel.
Met de Romeinse adel kunnen de patriciƫrs van de Romeinse republiek en het Romeinse keizerrijk worden aangeduid al was er toen nog geen adelstatuut in moderne zin. In de feodale periode ontstond in Rome een adel die verleend werd door de Rooms-Duitse keizers en de pausen. In het laatste geval spreekt men ook wel van de pauselijke adel.