rdfs:comment
| - thumb|Athanasius van Alexandrië Athanasius (Grieks: Ἀθανάσιος, Athanásios) (Alexandrië, ongeveer 295 – Alexandrië, 2 mei 373) was patriarch van Alexandrië, Kerkvader, en wordt vereerd als heilige door de meeste christelijke denominaties die heiligen erkennen. Zijn feestdag is in de Orthodoxe Kerk op 18 januari, in de Rooms-katholieke Kerk op 2 mei en in de Koptisch-orthodoxe Kerk op 15 mei.
|
abstract
| - thumb|Athanasius van Alexandrië Athanasius (Grieks: Ἀθανάσιος, Athanásios) (Alexandrië, ongeveer 295 – Alexandrië, 2 mei 373) was patriarch van Alexandrië, Kerkvader, en wordt vereerd als heilige door de meeste christelijke denominaties die heiligen erkennen. Zijn feestdag is in de Orthodoxe Kerk op 18 januari, in de Rooms-katholieke Kerk op 2 mei en in de Koptisch-orthodoxe Kerk op 15 mei. Hij maakte nog de hevige christenvervolgingen onder de keizers Diocletianus en Galerius mee. Op 8 juni 328 werd hij tot opvolger van patriarch Alexander gewijd, die hij als secretaris op het Concilie van Nicea had bijgestaan. Hij was een bestrijder van het arianisme, omdat dit door genoemd Concilie veroordeeld was als ketterij. Volgens Athanasius is de herschepping van de mens alleen reëel als zijn verlosser waarlijk God is. Hij werd 'Vader der rechtzinnigheid' genoemd omdat hij met grote vasthoudendheid de ketterse leerstellingen van Arius probeerde te weerleggen. Vijf keer werd hij gedwongen in ballingschap te gaan, in totaal twintig jaar. Hij onderhield goede betrekkingen met monniken, wier idealen hij beschreef in het Leven van Antonius. Door de Rooms-katholieke kerk werd hij later heilig verklaard en tot kerkvader verheven. Hij behoort tot de vier belangrijkste kerkvaders van de Orthodoxe Kerk en wordt daarom 'Athanasius de Grote' genoemd. In het verleden werd de Geloofsbelijdenis van Athanasius, die zich ook tegen het arianisme keert, aan hem toegeschreven, maar waarschijnlijk is hij toch niet de auteur ervan. Athanasius schreef wel de Verleidingen in de Woestijn, het leven van de heilige Antonius. Ook zijn veel van zijn geschriften tegen Arius bewaard gebleven. In 365 keerde hij terug van zijn laatste ballingschap. In 367 schreef hij de Paasbrief, waarin hij als eerste een lijst gaf van de 27 nog altijd gangbare boeken van het Nieuwe Testament, de huidige canon waarmee de christelijke Bijbel haar huidige vorm kreeg, zij het dat over het boek Openbaringen nog een aantal eeuwen werd gediscusseerd. In 373 stierf hij.
|