Alle Infanterie Beveiligings Compagnieën (afgekort IBC’n) maakten deel uit van het Landmacht Regiment van Heutsz. Dit regiment is genoemd naar de 1851 geboren Johannes Benedictus van Heutsz. Als 2e Luitenant werd hij in 1873 bij het uitbreken van de Atjeh oorlog op eigen verzoek overgeplaatst naar Indië. Hij werd ernstig gewond en voor zijn dapper gedrag bij gevechtsacties verdiende hij in 1875 de Militaire Willems-Orde (MWO) 4e klas. In 1897 ontving hij na nieuwe heldendaden de MWO 3e klas. In zijn verdere militaire carrière bracht hij het in 1898 tot generaal majoor, en in 1901 tot luitenant generaal en werden hem de onderscheidingen Ridder van de Nederlandse Leeuw, Commandeur der MWO en Grootkruis MWO verleend. In 1924 overleed hij in het Zwitserse Montreux.
Alle Infanterie Beveiligings Compagnieën (afgekort IBC’n) maakten deel uit van het Landmacht Regiment van Heutsz. Dit regiment is genoemd naar de 1851 geboren Johannes Benedictus van Heutsz. Als 2e Luitenant werd hij in 1873 bij het uitbreken van de Atjeh oorlog op eigen verzoek overgeplaatst naar Indië. Hij werd ernstig gewond en voor zijn dapper gedrag bij gevechtsacties verdiende hij in 1875 de Militaire Willems-Orde (MWO) 4e klas. In 1897 ontving hij na nieuwe heldendaden de MWO 3e klas. In zijn verdere militaire carrière bracht hij het in 1898 tot generaal majoor, en in 1901 tot luitenant generaal en werden hem de onderscheidingen Ridder van de Nederlandse Leeuw, Commandeur der MWO en Grootkruis MWO verleend. In 1924 overleed hij in het Zwitserse Montreux.