De term landsheer heeft twee betekenissen: Enerzijds is het, net als Heer der Nederlanden, in het algemene spraakgebruik de aanduiding voor de vorst die in personele unie alle afzonderlijke landheerlijkheden van de Bourgondische en latere Habsburgse Nederlanden verenigde. Landsheer Karel V was tevens keizer van het Heilige Roomse Rijk en koning van Spanje. Zijn opvolger als koning van Spanje en landsheer van de Nederlanden was zijn zoon Filips II.
De term landsheer heeft twee betekenissen: Enerzijds is het, net als Heer der Nederlanden, in het algemene spraakgebruik de aanduiding voor de vorst die in personele unie alle afzonderlijke landheerlijkheden van de Bourgondische en latere Habsburgse Nederlanden verenigde. Landsheer Karel V was tevens keizer van het Heilige Roomse Rijk en koning van Spanje. Zijn opvolger als koning van Spanje en landsheer van de Nederlanden was zijn zoon Filips II. Anderzijds is landsheer staatsrechtelijk en juridisch gezien de positie van een feodale heer van een landsheerlijkheid die ter nadere aanduiding van zijn rechten de titel van bisschop, graaf, hertog of heer kon voeren. In deze zin speelde de landsheer van de 10e tot de 18e eeuw een rol in het bestuur van de Nederlanden. De soevereiniteit van de landsheer hield in dat hij niet onderworpen was aan het gezag van een andere landsheer.