abstract
| - Nicolaas en Alexandra wilden hun kinderen zelf opvoeden, in tegenstelling tot vele andere Europese vorsten. Tatjana groeide op in een hecht en gelukkig gezin en trok veel op met haar zussen. Het ongeluk sloop echter door verschillende, kleine gebeurtenissen haar leven in. Haar eerste grote tegenslag was in 1903. Tatjana bracht met haar zussen, haar ouders, haar oom Ernst Lodewijk en diens achtjarige dochtertje Elisabeth een paar dagen door op hun jachtverblijf in Polen. In die dagen kreeg Elisabeth tyfus. Nicolaas en Alexandra waren bang voor besmetting en gingen met hun dochters weg. Alexandra werd ook ziek en bleef zes weken langer in Polen. Een paar dagen na hun vertrek stierf de kleine Elisabeth; Tatjana en haar zussen waren erg geschokt. Niet lang daarna kreeg ze voor de tweede keer met een levensbedreigende ziekte te maken. Terwijl Rusland in oorlog was met Japan, werd er een erfgenaam voor de tsaar geboren: Aleksej. Al snel werd duidelijk dat Aleksej leed aan de erfelijke en in die tijd dodelijke bloederziekte hemofilie. Alexandra riep de hulp in van de gebedsgenezer Grigori Raspoetin. Omdat het volk niet op de hoogte werd gesteld van Aleksejs ziekte, vond men de relatie tussen de tsarina en Raspoetin erg vreemd en kreeg Alexandra een slechte reputatie. Tatjana werd door haar zussen beschouwd als de lieveling van Nicolaas en Alexandra. Als iemand hun ouders om een gunst moest vragen, werd Tatjana dan ook naar voren geschoven. Tatjana leek ook erg op haar moeder: ze was zeer religieus, las vaak de bijbel en was erg gereserveerd. Omdat Olga de oudste was, zou het logisch zijn geweest als zij een moederlijke houding tegenover haar zusjes had aangenomen. Het was echter Tatjana die Maria en Anastasia bemoederde. Tatjana en haar zusjes werden ondertussen door gouvernantes en leraren klaargemaakt voor hun toekomstige rollen als vertegenwoordigers voor hun vader en hun land: ze kregen bijvoorbeeld verschillende soorten lessen, variƫrend van etiquettelessen tot piano- en taallessen. Tatjana kon goed leren en beheerste dan ook veel talen. De meisjes werd op het hart gedrukt zich als een dame te gedragen, zodat ze later een goede positie op de koninklijke Europese huwelijksmarkt zouden hebben. Toen Tatjana ouder werd, werd ze zich meer bewust van de vijandigheid tegenover haar vader. Toen ze in 1911 met haar zus Olga en haar vader naar een theatervoorstelling ging, kreeg ze voor het eerst direct met deze bedreigingen te maken: er werd een moordaanslag gepleegd op premier Pjotr Stolypin. Olga en Tatjana konden dagenlang niet slapen vanwege de schok.
|