This HTML5 document contains 32 embedded RDF statements represented using HTML+Microdata notation.

The embedded RDF content will be recognized by any processor of HTML5 Microdata.

PrefixNamespace IRI
dctermshttp://purl.org/dc/terms/
n11http://dbkwik.webdatacommons.org/ontology/
n27http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/LG4ZDRYW-26FnoS0gj1ybw==
n12http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/bufOx5fYtRG7SrOxmskTZQ==
n16http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/gkSnCTvETk8V1ZCjoyQrbA==
n4http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/dqADeDjR3oMwXldYuOlkSw==
n8http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/zH0tWwf0Cv5R8rXmzuELnQ==
n24http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/82qeYi3eX7oCrEB6rfB1Hg==
n25http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/uzfkJlEoRukemUgz3dePQA==
rdfshttp://www.w3.org/2000/01/rdf-schema#
n23http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/Z7wQ6G_QdUM-8GaGNWRTvQ==
n6http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/MsSIO5eK9CX96hOdHbqj7g==
rdfhttp://www.w3.org/1999/02/22-rdf-syntax-ns#
n10http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/sx2fMxw1vTeSPlsK_l5YLA==
n7http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/DnnedxBSKC0T_Hx3Rw2Grw==
n9http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/gx0QTVYbHCQAIaGQYhHXdA==
n21http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/JPVIK6d7DpSr7Eq5GUBXgg==
n22http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/IjrqefSx7nyv3L6Pb0dTAQ==
n26http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/PwNz0uXj_qsZoW-miSvRrA==
n2http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/oSFAeHi3mIcUFCzm7CXxSg==
xsdhhttp://www.w3.org/2001/XMLSchema#
n17http://dbkwik.webdatacommons.org/defensieweb/property/
n18http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/zrw9FOYaAbmHwBmNlVlVaw==
n20http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/cxSk24iSXiqbrC7fA-QQvw==
n5http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/GTp3poIPLpMmKt5xzrk0Cw==
n13http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/NZQEneFVAqVlgS5QJ3u_yg==
n15http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/EH0qdcNYgG-_Do7-3Au7Ig==
n14http://dbkwik.webdatacommons.org/resource/pghPBtCFakKfGpe-itnQ6w==
Subject Item
n2:
rdf:type
n27:
rdfs:label
DKM Gneisenau
rdfs:comment
De Gneisenau was een slagschip ¹ van de gelijknamige klasse, van de Duitse Kriegsmarine. Het schip is vernoemd naar de beroemde kruiser Gneisenau van admiraal Maximilian von Spee. Dat schip is op zijn beurt vernoemd naar de Pruisische generaal August Neidhardt von Gneisenau. Na reparaties voeren beide schepen opnieuw uit richting Noorwegen en vernietigde de Gneisenau met de Scharnhorst een Brits vliegkampschip en 2 torpedojagers. In 1945 werd de Gneisenau tot zinken gebracht in de haven van Gotenhafen.
dcterms:subject
n20:
n17:wikiPageUsesTemplate
n18: n24:
n5:
--07-05 1934-02-14 --05-06
n7:
288.0 3
n15:
De Gneisenau
n22:
--03-23
n21:
9.7
n26:
3
n12:
30.0
n4:
38 16 9 12 14 6
n9:
1669
n14:
226
n10:
31552
n25:
31.5
n6:
1938-05-21
n13:
1936-12-08
n23:
10100
n8:
1934-01-25
n16:
Deutsche Werke, te Kiel
n11:abstract
De Gneisenau was een slagschip ¹ van de gelijknamige klasse, van de Duitse Kriegsmarine. Het schip is vernoemd naar de beroemde kruiser Gneisenau van admiraal Maximilian von Spee. Dat schip is op zijn beurt vernoemd naar de Pruisische generaal August Neidhardt von Gneisenau. Met de bouw van de Gneisenau werd in 1934 bij Deutsche Werke in Kiel begonnen. Enkele maanden later, op 5 juli 1934, werd de bouw gestopt. Na enige verbeteringen werd er in mei 1935 opnieuw een begin gemaakt aan het schip. Op 8 oktober 1939 werd het schip samen met de kruiser Köln en negen torpedobootjagers er op uit gestuurd om een afleiding te vormen voor geallieerde schepen die de Lützow zochten. Eind 1939 opereerde de Gneisenau samen met het zusterschip de DKM Scharnhorst op de Atlantische Oceaan. Samen vormden zij het Duitse slagschipeskader en de Geallieerden deden veel moeite om dit eskader met de gecombineerd Frans-Britse vloot te onderscheppen. Zij konden dit alleen proberen met hun slagkruisers (Dunkerque, Strassbourg, Hood, Renown en Repulse) en hun kruisers, aangezien de slagschepen hiervoor te langzaam waren. In april 1940 werd de Gneisenau ingezet bij de invasie in Noorwegen: operatie "Weserübung" en kreeg als opdracht om de Britse slagkruisers weg te lokken van de kwetsbare invasieplaatsen. Dat plan lukte, al wist de slagkruiser Renown wel een treffer op de slagkruisers te boeken, waardoor een drielings-geschutstoren uitgeschakeld werd. In dit duel bleek dat de gezamenlijke slagkracht van de beide slagkruisers niet toereikend was om een verouderde en kwetsbare Britse slagkruiser tot zinken te brengen. Tijdens de operaties rond Noorwegen werd de Gneisenau door een Britse duikboot getorpedeerd. Na reparaties voeren beide schepen opnieuw uit richting Noorwegen en vernietigde de Gneisenau met de Scharnhorst een Brits vliegkampschip en 2 torpedojagers. Daarna vertrokken beide schepen naar de Atlantische Oceaan en voerden een zeer succesvolle tocht (operatie "Berlin") uit, waarbij een groot aantal koopvaardijschepen tot zinken werden gebracht. Het duo werd bij de Britten berucht als de "ugly sisters". Na de Atlantische avonturen belandden beide schepen in het droogdok in Brest, waar ze constant vanuit de lucht aangevallen en ook beschadigd werden. Hierdoor kwamen beide schepen niet meer toe aan nieuwe tochten op de Atlantische Oceaan. Nadat beide schepen gerepareerd waren, voeren ze begin 1942 op klaarlichte dag met de DKM Prinz Eugen door het Kanaal en wisten alle Britse pogingen om hen te stoppen te verijdelen (operatie "Cerberus"). De Gneisenau liep ter hoogte van Terschelling alsnog op een mijn en moest in Kiel het dok in. De RAF wist het schip vlak daarna opnieuw zwaar te beschadigen, waarbij de voorste drielingtoren geheel uitbrandde. De Duitse Kriegsmarine zag toen een gelegenheid om een lang gekoesterde wens uit te voeren: het vervangen van het te licht bevonden 28 cm geschut door 38 cm geschut. De Gneisenau vertrok hiervoor naar het Baltische Gotenhafen, thans het Poolse Gdynia, buiten bereik van de RAF. Hier werd begonnen met het vervangen van het zware geschut. Na de slag in de Barentszzee, 31 december 1942, waarin de zware Duitse schepen volledig faalden in hun poging door een escorte te breken en een konvooi te vernietigen, en vooral na de ondergang van de Scharnhorst in hetzelfde gebied op 26 december 1943, werd in juli 1943 besloten om alle resterende Duitse zware schepen buiten dienst te stellen, aangezien hun rol uitgespeeld was. In het geval van de Gneisenau werd het ombouwen gestaakt en de bemanning afgemonsterd. De achterste geschutskoepel werd naar Noorwegen getransporteerd om als kustverdedigingsgeschut te dienen. In 1945 werd de Gneisenau tot zinken gebracht in de haven van Gotenhafen. ¹ De Royal Navy klassificeerde de Gneisenau en de Scharnhorst als slagkruisers, op grond van hun hoge snelheid en relatief lichte bewapening. De Kriegsmarine daarentegen sprak van Schlachtschiffe (slagschepen).