"De Moer"@nl . . . . "De Moer was een regio in het Oosterkwartier van de Gouw Het gebied omvatte de westelijke oever van de Brandewijn tussen de Brandewijnbrug in het noorden en de Overbeekse moerassen in het zuiden. In het oosten vormden de bossen van Houtenend een natuurlijke grens. Hoewel de streek op sommige plekken zompig en moerasachtig was, was de grond toch uitermate vruchtbaar. Getuige daarvan de vele boerderijen tussen de dorpen Stok en Lisse. Onder andere de boerderij van Van Der Made bevond zich in de Moer. De grootste weg in de regio was de Straatweg, een pad dat de dorpen Stok, Lisse en Dieprading verbond. Van in Dieprading liep een kleiner pad naar Wilgedal, een klein en afgelegen dorp aan de rand van de Moer. De zompige ondergrond was vooral het gevolg van de vele rivieren en beken die het gebied doorsneden. Naast de Brandewijn stroomden ook de Stokbeek, de Klaarbeek en de Distelbeek door de Moer. Doordat deze waterlopen samen met de Wilgewinde op ongeveer dezelfde plaats in de Brandewijn uitmondden, ontstonden de Overbeekse moerassen in het zuiden van de Moer."@nl . "De Moer was een regio in het Oosterkwartier van de Gouw Het gebied omvatte de westelijke oever van de Brandewijn tussen de Brandewijnbrug in het noorden en de Overbeekse moerassen in het zuiden. In het oosten vormden de bossen van Houtenend een natuurlijke grens. Hoewel de streek op sommige plekken zompig en moerasachtig was, was de grond toch uitermate vruchtbaar. Getuige daarvan de vele boerderijen tussen de dorpen Stok en Lisse. Onder andere de boerderij van Van Der Made bevond zich in de Moer. De grootste weg in de regio was de Straatweg, een pad dat de dorpen Stok, Lisse en Dieprading verbond. Van in Dieprading liep een kleiner pad naar Wilgedal, een klein en afgelegen dorp aan de rand van de Moer."@nl .